'Kun je hier sjoelen?' Ze kijkt me aan met een mengeling met onzekerheid en rust. Er ligt een zweem van triestheid over haar ogen, maar ongelukkig is ze niet.
'Ja, dat kan,' reageer ik. 'Hier kun je sjoelen, daar knutselen en daar staan chocolademelk en tomatensoep, als je daar zin aan hebt. Ik zal me ook even voorstellen: ik ben Roelof en ik ben van de organisatie. Je bent hier voor het eerst?' 'Ja, ik zag op een kaartje in de Albert Heijn dat dit er was.' 'Ja, die postertjes hangen overal. Nou, leuk dat je er bent. Veel plezier.' Later die avond praten Deborah en ik nog wat na over weer een Warme Winter Avond vol gezelligheid, ontmoetingen en gesprekken. 'Wat leuk, hè, dat die ene mevrouw er was. Zomaar voor het eerst,' zegt Deborah. 'Ik heb wat uitgebreider met haar gesproken, maar ze is niet gelovig, komt van best ver weg en toch was ze er. Ze was nieuwsgierig.' 'Ja, bijzonder,' reageer ik. 'Ik zag dat ze ook goed werd opgepakt door de anderen. Ik zag dat velen even een praatje met haar maakten en ze deed volop mee met de sjoel-competitie.' Deborah knikt. 'Ik vernam dat ze behoorlijk onder de indruk was van alles. Ik heb haar ook gevraagd: wat vind je hiervan?' 'En, wat zei ze?' 'Ze zei dat ze het bijzonder vond. Letterlijk zei ze: 'Ik wist niet dat dit ook nog bestond.' Het maakte indruk op haar.' 'Tja, het is niet het beeld dat veel mensen van een kerk hebben natuurlijk.' 'Ik heb haar ook wat meer uitgelegd over wat we allemaal doen en waarom we dat doen. Ik heb haar verteld dat er straks weer een Alpha is. Ik heb haar gezegd dat je daarvoor niet gelovig hoeft te zijn, maar dat je dan eens verder kunt nadenken over hoe je tegen het christelijke geloof aankijkt en hoe je erin staat.' 'Lekker bezig, Deboor. Lekker bezig.' En dat is dan maar één ontmoeting van de velen die we mogen hebben. Als wij zaaien en durven te gaan in de Grote Opdracht die de Heer ons geeft om mensen van Hem en zijn evangelie te vertellen, om het licht met de wereld te delen, dan zullen er mensen komen. Mensen van buiten de gemeentes en kerken, mensen van buiten het geloof zelfs, gebroken mensen, zoekende mensen, mensen die geloven maar het niet meer kunnen vinden, mensen die op zoek zijn naar gezelligheid, ontmoeting, warmte en soms letterlijk wat te eten. Jezus kwam voor al deze mensen en wij verspreiden zijn licht. Dat hoeft niet ingewikkeld en niet groots met spektakel of dure woorden, maar gewoon in het alledaagse, pratend, ontmoetend en getuigend van het licht dat Jezus in onze duisternis heeft gebracht.
0 Opmerkingen
Gelovig zijn betekent ook onderdeel zijn van de familie, het gezin van God. We noemen elkaar immers niet voor niks 'broeders en zusters' en God 'Vader'. Zoals het al in Efeze 2 staat geschreven: 'Zo bent u dus geen vreemdelingen of gasten meer, maar burgers, net als de heiligen en huisgenoten van God.' Huisgenoten, gezinsgenoten, familieleden van God, dat zijn wij.
De afgelopen tijd mocht ik dat ook weer zien. Als gemeente te Delfzijl mochten we samenwerken als familie in het dienen van God en de stad. We werkten in diaconale en evangeliserende activiteiten als eenheid, we maakten samen diensten waarin Jezus geëerd werd als Heer en Koning van ons leven en waarin de goede boodschap van redding klonk, we deelden van de nood, maar ook van de vreugde in onze levens. Zo waren we en zijn we familie van de Heer. Dat is waardevol. Zeker als je - zoals veel voorgangersgezinnen - je geboortegrond verlaat en rondtrekt door het land naar vreemde oorden. Dan helemaal krijgt dit waarde en diepte. Dan krijgt het echt betekenis dat we Gods familie zijn, als je biologische familie niet zomaar om de hoek woont. Niet dat het trouwens altijd koek en ei is, want dat is ook weer niet zo. Net als in iedere familie en in ieder gezin is er ook bij ons wel eens onenigheid en gaan er wel eens onderling dingen fout. Ook dat herken ik als praktische realiteit in mijn eigen leven. Ik schiet te kort, anderen naar mij en wij naar elkaar. Er is wel eens ergernis, er is wel eens boosheid en frustratie. Dat is ook niet erg, zolang we daar op een christelijke manier mee omgaan, zolang we ook daarin de gezindheid van Christus laten zien. De Bijbel is daarin heel reëel. In Efeze 4: 3 lezen we: 'Span u in om door de samenbindende kracht van de vrede de eenheid te bewaren die de Geest u geeft...' Span u in, dat betekent dat het niet vanzelf gaat. Hiervoor in vers 2 heeft Paulus het zelfs over 'verdraag elkaar uit liefde'... En inderdaad, soms moeten wij elkaar verdragen in liefde. En als er echt wat is, spreek het dan uit, vergeef waar nodig, belijd je fouten waar dat kan en ga weer met elkaar verder in en uit de liefde voor Christus. Ook dat is familie zijn. Jezus zegt in Matteüs 6: 14 & 15: 'Want als jullie anderen hun misstappen vergeven, zal jullie hemelse Vader ook jullie vergeven. Maar als je anderen niet vergeeft, zal jullie Vader jullie je misstappen evenmin vergeven.' Dat is geen goedkope genade, maar een duurbetaalde geloofswaarheid, betaald met het bloed van Jezus. Zo leven in vergeving naar elkaar begint bij het delen, uitspreken, belijden en bekeren, maar dan ook weer verder gaan en vergeven. En dat is iets dat wij allemaal moeten leren in het gezin van God, ook ik. Want soms zijn we degene die om vergeving moet vragen, die moet belijden en moet keren, en soms moeten wij vergeving schenken en niet langer vasthouden waar de pijn ligt. Zo zijn wij het gezin van onze Heer. Is dat altijd makkelijk? Nee, zeker niet. Maar het is een opdracht, want wij zijn Gods familie. Vandaag in het nieuws: de ontkerkelijking van Nederland zet door, met name onder katholieken. De trend die al jaren gaande is zet door zo concludeert een groot onderzoek: tegenwoordig zegt 6 op 10 Nederlanders zich niet meer verbonden te voelen met een religieus genootschap of beweging (zie bijvoorbeeld https://nos.nl/artikel/2457344-ontkerkelijking-zet-door-bijna-zes-op-tien-nederlanders-niet-religieus).
En als ik dat lees, dan komen bij mij twee gevoelens boven. Ten eerste word ik op een bepaalde manier verdrietig, want ik weet hoe belangrijk, waardevol en fijn het hebben van een geloofsgemeenschap is. Ik zie ook het belang ervan, een belang dat tevens in het Nieuwe Testament wordt benadrukt en meegegeven. Mensen doen dat dus niet meer en daarmee doen ze zichzelf, maar ook God en zijn wil voor ons tekort. Als ze al gelovig zijn, want dat zijn er ook niet zo veel meer tegenwoordig. Ik schrijf daar wel heel bewust bij dat ik 'op een bepaalde manier' verdrietig word, want het verbaast me tegelijkertijd ook weer niet wat ik lees. Ik zie het zelf ook al tijden om mij heen: de kerken lopen leeg. Zeker sinds Corona gaat het hard op dit vlak. Het is dus geen verrassing wat geconcludeerd wordt. En dat brengt mij bij het tweede gevoel: passie. Want wat ik bij mezelf merk is dat het mij niet uit het veld slaat. Ooit was dat misschien wel, maar nu niet meer. Ja, ik word er nog steeds 'op een bepaalde manier' verdrietig van, maar ik wanhoop niet en laat de moed niet zinken. Integendeel! Ik word juist alleen maar standvastiger en voel dat de passie om er wel wat te maken met de mensen die net als ik nog gaan voor geloof, gemeenschap en elkaar. Ik zie in deze maatschappelijke tendens de vervulling van de profetische woorden van de Bijbel die ons waarschuwen voor de grote afval (2 Tess. 2), die waarschuwen voor toenemende lauwheid aan het einde van de tijd (Openbaring 3) en voor het verkillen van de liefde (Matteüs 24). Ben ik dan fatalistisch? Nee, integendeel zoals ik al schreef. Ik geloof dat het een teken van de tijd is, maar ook dat de rest van de Gemeente die wel overblijft des te feller zal schijnen in het duister. Dat zie ik evenzo als de leegloop en ik niet alleen. Gisteren bijvoorbeeld had ik een gesprek met iemand die veel interkerkelijk actief is in Nederland. Hij zei letterlijk dat hij en anderen in zijn organisatie zagen dat mensen steeds makkelijker in elkaar Christus erkennen, als het wedergeboren kinderen van God zijn die Hem echt willen dienen en volgen. De oude en scherpe grenzen tussen kerken, plaatsen en denominaties lijken steeds vager te worden en er steeds minder toe te doen. Het is alsof God zijn Gemeente samenvoegt om in wat gaat komen samen te staan. En vreemd genoeg merk ik dat ook in onze eigen gemeente in Delfzijl. Is het daarmee altijd peis en vree bij ons? Nee. Gaat alles altijd goed? Ook niet. Maar er is een besef dat zegt: wij hebben een woord voor de wereld, nu meer dan ooit. Wij mogen het licht laten schijnen, juist in de tegenwoordige duisternis. Wat hebben wij anders immers dan Jezus alleen? Wat kunnen we anders dan Jezus naam belijden als de enige die redt en zijn licht verspreiden in deze steeds goddelozere omgeving? Er leeft een behoefte bij de kinderen van God. Ik proef dat. Mensen willen Gods rijke Woord dagelijks naar recht en waarheid tot zich nemen, verkondigd met leven, passie en echtheid. Dáár verlangen ze naar: naar de getrouwe verkondiging van wat de Bijbel al eeuwen aan waarheden van God leert.
Persoonlijk vind ik dat heel opvallend, want we leven in een tijd dat we juist meer informatie tot onze beschikking hebben dan ooit tevoren. Je hoeft maar een keer of wat op je muis te klikken of je kunt luisteren naar talloze preken van predikers uit de hele wereld. Je kunt lezen tot je een ons weegt over elk denkbaar onderwerp in de theologie in boeken, online artikelen en ga zo maar door. En wil je zondags eens wat anders, dan zijn er kerken van allerlei soort en maat waar je zo binnen kan lopen en met open armen ontvangen wordt. De wereld ligt aan onze voeten, ook de geloofswereld. Maar het helpt mensen dus niet. Het verwart en het stelt ook vaak teleur, want er is heel veel kaf onder het koren. Eigenlijk is deze overdaad vaak een leegte die ons aanstaart, hoe paradoxaal dat ook klinkt. Het is de overdaad van nietszeggendheid die ook door de maatschappij wordt gevoed, want niets is meer waar en alles mag er zijn. Wat goed voelt is doorslaggevend en de rest doet er niet toe. Over grote waarheden spreken we niet meer. Dit staat echter zo haaks op wat gelovigen diep van binnen ervaren. Dit staat zo haaks op waar mensen behoefte aan hebben in hun gang met God door Christus en met behulp van de Heilige Geest. Men wil juist duidelijkheid op basis van Gods Woord. Men smacht naar iemand die hen vanuit passie, met kennis en trouw aan dat Woord vertelt hoe het zit. Laatst zei iemand tegen mij: 'Ik ben zo blij met het vaste voedsel dat ik krijg. Ik ben op zoveel plekken geweest en heb zoveel gezocht. Meestal vond ik op die plekken echter niet meer dan drupjes van de eerste melk zo her en der wat rondgestrooid, maar ik heb behoefte aan meer.' En hij is niet de enige. Daarom dit blogje om je dit mee te geven. Want ook jij kunt zo'n licht van echtheid, leven en trouw zijn. Wees dat maar in je eigen omgeving door God en zijn Woord totaal centraal te stellen. Laat het klinken in je dagelijks bestaan. Wees zo getuige van Hem die onze Heer is. Dat is zo nodig. Hier is zo'n behoefte aan. En ja, je zult dan ook tegenstand en vijandschap ondervinden, maar dat hoort erbij. Daar waar Gods wil en waarheid naar eer en geweten recht wordt verkondigd daar roept het reacties op, omdat het over de harten van mensen gaat, over hun diepste beweegredenen en zielenroerselen. Maar het is niet alleen maar negatief, juist niet, want mensen hebben geestelijk verlangen en dorst naar deze Goddelijke waarheid en zullen dat in jou herkennen. Wij mogen daarvan getuigen in onze eigen omgeving. Het is mijn gebed dat iedere Nederlander iemand in zijn of haar omgeving heeft waar men dit leven, die waarheid, echtheid en trouw aan God en zijn Woord mag kunnen zien. Als jullie mijn blogs met enige regelmaat lezen, dan weten jullie hoe bijzonder ik het vind dat wij als christenen van vandaag onderdeel uitmaken van die lange stoet van gelovigen die dwars door de geschiedenis heen al 2000 jaar in deze wereld achter Jezus aangaat. Er zijn er voor ons miljoenen geweest die hun geloof hebben doorgegeven en uitgeleefd en na ons zullen er ook weer mensen komen die deze weg zullen gaan. Dit zal zo doorgaan tot de grote dag dat Jezus ons thuishaalt en de eeuwigheid aanbreekt. Ik vind dat groots.
In dat kader vind ik het zo bijzonder dat we dit jaar in onze gemeente te Delfzijl een stagiair hebben. Hij is een tweedejaars theologie en loopt dit jaar mee in onze gemeente. Hij heeft een roeping ervaren en wil met heel zijn hart zijn Heer volgen. En dat doet me denken aan mijn eigen weg. Ik zie mezelf nog zo voor het eerst over de drempel van het Baptistenseminarium stappen in het statige Bosch en Duin. Wat was ik zoekende en wat vond ik het spannend. Maar wat gaf de Heer mij rust en vrede en wat heeft Hij de weg op een bijzondere manier geleid daarna. Nu ben ik een kleine 25 jaar verder en mag ik volgend jaar 18 jaar voorganger zijn. Ik ben niet meer de nieuwe generatie. En dan komt er zo'n jonge hond binnen van 22 jaar en dan denk ik: prijs de Heer, dat Hij ook vandaag doorgaat. Ik word er blij en ik hoop van harte dat dit kleine stukje tekst jou net zo bemoedigt. Als iets duidelijk is dan is het dit: God gaat door, door de jaren heen en niets houdt Hem tegen. Zijn plan zal voltooid worden. In het groot, op wereldschaal, maar dat geldt evenzo in jouw eigen persoonlijke leven. Alle lof aan onze grote God! PS mocht je geïnteresseerd zijn in wie deze stagiair dan precies is? Kijk dan op het YouTube-kanaal van onze gemeente (zoek op 'Baptisten Havenlicht Delfzijl' en je vindt het), daar stelt hij zich voor. Gemeente zijn is samen optrekken en het leven delen. Het is gezamenlijk achter onze Heer Jezus aan. Dit samen volgen doen we in voor- en tegenspoed, op zowel momenten van vreugde als van verdriet. Nog maar een paar weken geleden hadden we als gemeenschap een enorm vreugdevol moment in de doop van twee jonge zusters. Maar het verdriet mag er ook zijn, want ook dan willen we om elkaar heen staan. Daarom hebben wij bijvoorbeeld één keer per jaar onze gedachtenisdienst. We staan dan heel nadrukkelijk stil bij de broeders en zusters die niet meer onder ons zijn. We noemen hen bij naam en gedenken hen en in hen gedenken we allen die we missen. Het is altijd een emotioneel en soms heftig moment om mee te maken, maar het is ook ontzettend dierbaar en kostbaar om daarin op deze manier te delen en gemeente van Jezus te zijn. Als voorganger raakt het me ook ieder jaar weer. Het doet me dan goed om te zien dat we als gemeenschap in deze dienst aanwezig zijn en elkaar tot steun zijn. Het doet me goed om mensen te mogen bemoedigen en troosten en ze te mogen sterken in hun geloof. Dat is een van de meest dankbare onderdelen van mijn werk. Gisteren betekende dit dat ik de preek heb gedaan (zie 'de preek samengevat') en de dienst heb geleid en dat mijn collega in Delfzijl ds. Erry Fokkert, het gedachtenismoment zelf heeft gedaan. Dat moment kun je hieronder terug zien. Gisteren was het dan zover: mijn dochter Rosalie werd gedoopt. Ik mocht dat - als haar vader en voorganger - doen. Mooi toch! Temeer omdat ongeveer een jaar geleden haar broer Simon gedoopt werd (21 november 2021) en daarmee dus onze beide kinderen de Heer kennen, volgen en dienen. Wij voelen ons gezegende en dankbare ouders, want dit is waar we altijd voor gebeden hebben en zullen blijven bidden. God is goed! Bij deze het filmpje van het heugelijke moment. Om 10:00 uur loop ik het kerkgebouw in. Ik hoor het geroezemoes al van achter de deur naar het kleinste hokje in ons gebouw komen. Gelukkig, ze zijn er. Ik stap naar binnen en zie ze zitten: mijn broeders en zusters met wie ik het afgelopen seizoen straatevangelisatie heb mogen doen voor de Bus of Joy. Daar zitten Jelly en Siebe die lid zijn bij de GKV, maar kerken bij de Pinkstergemeente, daar zitten Roeli en Deborah die net als ik naar de Baptistenkerk gaan, daar zit Harnold die net gedoopt is in zijn Pinkstergemeente, daar zitten Gerda en Henk die bij de plaatselijke CGK kerken, daar zit Geert van Stichting Gave en daar zit Nico die voorganger is van de GKV in onze plaats.
Terwijl ik iedereen groet schiet het door mijn hoofd hoe een bont gezelschap het is. Wie had dat gedacht? Er schiet mij een Bijbelse term door het hoofd, 'de kerk van Delfzijl', en ik moet denken aan de brieven van Jezus in Openbaring 2 & 3 en aan de brieven van het Nieuwe Testament die niet gericht zijn aan kerkgenootschappen, maar vaak aan de gemeenten, de kerken van plaatsen, aan de gelovigen van een stad als Rome of Efeze. 'De kerk van Delfzijl', dat is wat we vanochtend in dit zaaltje zijn, een stuk van de gemeente van Jezus in onze stad. Dat is hoe het ik het ervaar en hoe ik het ook heb ervaren het afgelopen seizoen om met deze broeders en zusters samen te werken in het evangelisatieproject waarover we willen vergaderen. Ja, er zijn verschillen en die vlak ik ook niet uit, maar als je samen in de frontlinie staat en probeert mensen te bereiken met de goede boodschap van Jezus, dan verbindt dat, dan verbroedert dat. Dat is toch opvallend. Misschien is het wel zo dat als we samen voor Jezus strijden, samen staan in zijn wijngaard en zijn Koninkrijk, de Geest ons inderdaad elkaar laat verstaan. Geert neemt ondertussen het woord en we stellen onszelf de vraag: hoe verder nu dit project officieel ten einde is gekomen? Eigenlijk zijn de meningen daarover gelijk. We hebben allemaal de zegen ervaren en willen verder met elkaar en met het project. We willen verder met de verkondiging van het evangelie in Delfzijl. Er is enthousiasme, je proeft het, omdat we Christus in elkaar herkennen. De gemeente van Delfzijl, de kerk in onze plek... op momenten als gisterochtend ervaar ik dat en heb ik er vertrouwen in. Er groeit dan bij mij de hoop dat er zo ontzettend veel moois mogelijk is, want God wil Delfzijl bereiken. Er is zoveel leegte en ellende om ons heen. En Hij kijkt naar zijn kinderen, zijn grondpersoneel, om dat mogelijk te maken. Samen in de Naam van Jezus. Het zijn drukke en intensieve weken. Zo mocht ik gisteren bij de doopdienst zijn van een fijne broeder en zuster uit een zustergemeente in onze plek. Wij zien elkaar bij evangelisatie-projecten, interkerkelijke activiteiten, enz. Daarbij volgt de broeder op dit moment met ons de Alpha-cursus. Het zijn lieve mensen met een lieve dochter die vorig jaar december tot geloof zijn gekomen en die zo vol zijn van hun Heer. God werkt in hen!
Komende zondag mag ik zelf aan de bak: er worden bij ons twee jonge zusters gedoopt waarvan één mijn dochter. Het is heel bijzonder om dat te mogen doen. Op de dag af een jaar geleden was het de zondag dat ik mijn zoon Simon mocht dopen. En nu dus mijn dochter Rosalie. Ik voel me enorm gezegend samen met Deborah. God werkt ook in deze jonge dames! Ik zat daar vanochtend wat over te mijmeren en toen schoot het door mij heen dat ooit toen ik gedoopt werd, ik de volgende generatie was. Dat God toen met mij begon. En nu sta ik volop in mijn werk en mijn bediening. Ik ben nu onderdeel van de generatie die het geloof 2022 mag vormgeven in ons land. Ik mag samen met mijn broeders en zuster in de frontlinie van de geestelijke strijd van nu staan, in nederige en dienstbare navolging van mijn Heer. En na mij, na ons, komt weer de volgende generatie, net zoals wij op de schouders staan van hen die ons zijn voorgegaan. Gods werk gaat kortom door totdat Hij komt in heerlijkheid op de wolken, door alle eeuwen heen. Niemand houdt Hem tegen! Het is iedere keer weer zo bijzonder om dat te mogen meemaken en ontdekken. Prijs zijn naam! In het Nederlands Dagblad is de laatste twee dagen aandacht voor een onderzoek naar de gastvrijheid van kerken en gemeentes. Er is steekproefsgewijs op zondagen onderzoek gedaan naar verschillende kerken en gemeentes van verschillende achtergrond in verschillende delen van ons land door mysterie-gasten te sturen naar die kerken. De meest gastvrije kerk werd daarbij gevonden in Haarlem.
Het onderzoek zette me aan het denken, want omzien naar mensen - daar hebben we het toch over - blijft altijd een uitdaging in de kerk. Dat geldt voor nieuwe mensen die komen, maar ook voor mensen die tot de vaste bezoekers behoren. Het gaat niet vanzelf. Daarbij lijkt de regel op te gaan, zo bleek ook in het onderzoek, dat hoe groter de gemeenschap hoe makkelijker het is om ongezien in de anonimiteit te verdwijnen op zondag. Nou zijn wij in Delfzijl als gemeente niet heel groot, maar ook bij ons moeten we er bewust op inzetten om elkaar te zien. Zo hebben wij deurdienst, waarbij een van ons voorafgaand aan de dienst mensen welkom heet en zijn er broeders en zusters die bewust opletten dat nieuwe mensen na de dienst tijdens de koffie en thee niet alleen staan zonder aanspraak. Om maar eens een paar dingen te noemen. Ook als voorganger ben ik hier bewust mee bezig. Ik probeer actief aandacht te hebben voor mensen en ze te zien. Ik loop na de dienst bijvoorbeeld heel bewust door de ruimtes van het kerkgebouw om benaderbaar te zijn en om mensen zelf ook te benaderen. Nieuwe mensen probeer ik altijd even aan te spreken. Maar eigenlijk vind ik dat niet genoeg. Ik vind van mezelf bijvoorbeeld ook dat ik dat in het dagelijks leven moet doen. Delfzijl is geen wereldstad en velen weten in ons kleine stadje dat ik de dominee van de Baptistenkerk ben. Ik probeer dat ook uit te leven en te laten zien door oog te hebben voor mensen. Ik heb echter soms het gevoel dat het niet altijd even goed lukt en daar kan ik me best wel eens schuldig over voelen, dat durf ik hier wel eerlijk te delen; ik faal daarin wel eens voor mijn gevoel. Dan vind ik dat ik toch wel even die of die had moeten aanspreken na de dienst of dan vind ik het laakbaar dat ik net die familie gemist heb die voor het eerst er was in de dienst. En op straat tijdens een van mijn wandelingen... had ik niet die ene mevrouw kunnen aanspreken met een vriendelijk woord? Laatst sprak ik daar met iemand over. Diegene stelde mij een vraag: 'Is dat erg dat je niet alles kunt en dat niet alles lukt?' Ik reageerde dat ik het wel graag het anders wil. Dat ik hierin wil groeien. Waarop diegene zei dat dit een mooi verlangen is, maar dat schuldig voelen niet nodig is. Dan maak je het groter dan het moet zijn, want 'je doet je best en kunt alles voor iedereen zijn', zo sprak hij. En ook dat is waar. Voor mij, maar ook voor mijn gemeente en eigenlijk voor ons allemaal. 'Ik denk,' zo sprak diegene verder, 'dat als de gesteldheid van ons hart goed is en we gericht zijn op God en op de naaste, we dan in vertrouwen mogen gaan. God doet het dan. En als we een keer tekortschieten, is onze Heer bij machte om zijn werk toch wel te laten doorgaan. Dat hangt niet van Roelof Ham af.' En weet je, diegene had gelijk. We, ik, mogen hier ontspannen in gaan staan. Ja, we mogen streven naar de hoge standaard van iedereen zien en welkom heten, van gastvrijheid en aandacht, maar het hoeft niet op ons te drukken. Het is door God, uit Hem en in zijn liefde. Hij zal het doen en maken. |
Roelof HamTheoloog, voorganger en auteur. Archieven
Juni 2023
|