Vandaag in het nieuws: de ontkerkelijking van Nederland zet door, met name onder katholieken. De trend die al jaren gaande is zet door zo concludeert een groot onderzoek: tegenwoordig zegt 6 op 10 Nederlanders zich niet meer verbonden te voelen met een religieus genootschap of beweging (zie bijvoorbeeld https://nos.nl/artikel/2457344-ontkerkelijking-zet-door-bijna-zes-op-tien-nederlanders-niet-religieus).
En als ik dat lees, dan komen bij mij twee gevoelens boven. Ten eerste word ik op een bepaalde manier verdrietig, want ik weet hoe belangrijk, waardevol en fijn het hebben van een geloofsgemeenschap is. Ik zie ook het belang ervan, een belang dat tevens in het Nieuwe Testament wordt benadrukt en meegegeven. Mensen doen dat dus niet meer en daarmee doen ze zichzelf, maar ook God en zijn wil voor ons tekort. Als ze al gelovig zijn, want dat zijn er ook niet zo veel meer tegenwoordig. Ik schrijf daar wel heel bewust bij dat ik 'op een bepaalde manier' verdrietig word, want het verbaast me tegelijkertijd ook weer niet wat ik lees. Ik zie het zelf ook al tijden om mij heen: de kerken lopen leeg. Zeker sinds Corona gaat het hard op dit vlak. Het is dus geen verrassing wat geconcludeerd wordt. En dat brengt mij bij het tweede gevoel: passie. Want wat ik bij mezelf merk is dat het mij niet uit het veld slaat. Ooit was dat misschien wel, maar nu niet meer. Ja, ik word er nog steeds 'op een bepaalde manier' verdrietig van, maar ik wanhoop niet en laat de moed niet zinken. Integendeel! Ik word juist alleen maar standvastiger en voel dat de passie om er wel wat te maken met de mensen die net als ik nog gaan voor geloof, gemeenschap en elkaar. Ik zie in deze maatschappelijke tendens de vervulling van de profetische woorden van de Bijbel die ons waarschuwen voor de grote afval (2 Tess. 2), die waarschuwen voor toenemende lauwheid aan het einde van de tijd (Openbaring 3) en voor het verkillen van de liefde (Matteüs 24). Ben ik dan fatalistisch? Nee, integendeel zoals ik al schreef. Ik geloof dat het een teken van de tijd is, maar ook dat de rest van de Gemeente die wel overblijft des te feller zal schijnen in het duister. Dat zie ik evenzo als de leegloop en ik niet alleen. Gisteren bijvoorbeeld had ik een gesprek met iemand die veel interkerkelijk actief is in Nederland. Hij zei letterlijk dat hij en anderen in zijn organisatie zagen dat mensen steeds makkelijker in elkaar Christus erkennen, als het wedergeboren kinderen van God zijn die Hem echt willen dienen en volgen. De oude en scherpe grenzen tussen kerken, plaatsen en denominaties lijken steeds vager te worden en er steeds minder toe te doen. Het is alsof God zijn Gemeente samenvoegt om in wat gaat komen samen te staan. En vreemd genoeg merk ik dat ook in onze eigen gemeente in Delfzijl. Is het daarmee altijd peis en vree bij ons? Nee. Gaat alles altijd goed? Ook niet. Maar er is een besef dat zegt: wij hebben een woord voor de wereld, nu meer dan ooit. Wij mogen het licht laten schijnen, juist in de tegenwoordige duisternis. Wat hebben wij anders immers dan Jezus alleen? Wat kunnen we anders dan Jezus naam belijden als de enige die redt en zijn licht verspreiden in deze steeds goddelozere omgeving?
0 Opmerkingen
Laat een antwoord achter. |
Roelof HamTheoloog, voorganger en auteur. Archieven
Juni 2023
|