2023 is al met al een turbulent en bijzonder jaar voor mij. Het is het jaar dat na 18 jaar voorgangerschap er voor nu een einde komt aan dit deel van mijn bediening. Per 1 augustus treed ik namelijk officieel in vaste dienst van Het Zoeklicht, een stichting die zich bezig houdt met de profetische duiding van de tijden vanuit de Bijbel. Misschien kennen jullie het tijdschrift dat deze stichting maandelijks onder dezelfde naam uitgeeft en dat volgend jaar zijn honderdste jaargang ingaat. Ik word van deze stichting directeur en hoofdredacteur. Daarmee stop ik ik als voorganger van de Baptistengemeente Delfzijl.
Deze overgang is niet voortgekomen uit het feit dat ik het voorgangerschap wel gezien zou hebben of dat ik iets anders wilde dan Delfzijl. Integendeel. Het voorgangerschap is zo een mooi vak en een zo een mooie bediening om te hebben! En ook Delfzijl is een echt thuis voor mij en mijn gezin geworden. Wij hoefden niet weg. Maar als geroepene van de Heer moet je gaan waar zijn weg je leidt en die weg leidt op dit moment naar Het Zoeklicht. Wat de toekomst daarbij brengt? Dat weet ik niet, maar laten we eerlijk zijn: dat weet niemand. Wat ik wel weet is dat ik mijn Heer mag en wil dienen, waar dat ook is en hoe dat ook gaat. In gehoorzaamheid volg ik daarom op dit pad. Nog drie diensten mag ik doen en dan zit het er op. 16 juli is de laatste samenkomst die ik leid. Daarna richten we ons op de verhuizing en de definitieve overgang naar Het Zoeklicht. Als ik daar begin, stop ik dan ook met dit blog, want het leven van deze dominee in zijn functie is dan niet meer, dus dit blog daarmee ook niet. Uiteraard blijft deze site in de lucht en ik zal zeker ook nog veel nieuwe content plaatsen (artikelen, Eerste Hulp bij Stille Tijd, opiniestukken, en ga zo maar door). Ook ga ik door met mijn kanaal op YouTube 'de dominee spreekt' en met schrijven. Ik ga dus niet weg. Ik blijf gaan op de weg van onze hemelse Vader in mijn roeping. Alleen voor nu niet meer als predikant in de gemeente.
0 Opmerkingen
Op de site van het Nederlands Dagblad lees ik op 15 mei over een open brandbrief die Beam (de jongerenorganisatie van de EO) online heeft gezet. Zij vragen meer aandacht voor jongeren en hun leefwereld in de kerk. De dag erna lees ik in dezelfde krant een artikel over kerk en single zijn, waarin opnieuw naar voren komt dat kerken daar eveneens te weinig oog voor hebben.
Het doet me wat om dit te lezen. Enerzijds omdat ik het begrijp dat bepaalde groepen oproepen oog voor hen te hebben. Daar moeten kerken en geloofsgemeenschappen in dit land voor open staan en dat doen we soms te weinig. Daar mogen we best over nadenken en kritisch op reflecteren. De Kerk is immers niet alleen van ouderen, jongeren, gehuwden, gezinnen, alleengaanden, of wat dan ook. Wij zijn het gezin van God en het Lichaam van Christus waarin al Gods kinderen een plek mogen hebben en mogen samenkomen. Met elkaar rekening houden in het werk dat gedaan wordt, in de diensten, enz. is een uiting van de liefde van Christus. Waar ik wel moeite mee heb is de redenatie die ik in beide stukken terugvind. Het is namelijk wel heel erg veel dit argument: ik heb dit of dit nodig en de kerk biedt mij dat niet. Bied het mij! Persoonlijk vind ik dat van weinig geestelijkheid getuigen, maar des te meer van de tijdgeest. Alles draait vandaag de dag immers om ons en om de vraag: wat jij eraan hebt? We zijn kritische consumenten en we gaan pas ergens heen, we sluiten ons pas ergens bij aan, als we er iets kunnen (uit)halen. Maar wie vraagt zich nog af: wat wil God van mij? En hoe kan ik dat het beste invullen? Waar kan ik bijvoorbeeld het beste dienen met mijn gaven en talenten? Typisch deze tijd om vanuit jezelf te redeneren. Ter illustratie een uitspraak van een van de geïnterviewde personen. Zij gaat helemaal niet meer naar de kerk. Waarom? Ik citeer: ‘Ik vind dat de kerk voor mij niet echt iets toevoegt.’ Mis ik zelf wel eens wat in de kerk? Ja. Als ik even nadenk kan ik zo een aantal zaken opnoemen die ik graag in de kerk zou willen zien. Maar is dat voor mij een reden om een andere kerk op te zoeken of helemaal niet meer te gaan? Nee. De overweging om naar een andere gemeente te gaan zou voor mij enkel moeten zijn: wordt Gods Woord nog naar recht en waarheid verkondigd? Met name als het aankomt op Jezus en het plan van God door Hem? En wordt dat ook (uit)geleefd, zodat ik daarin kan dienen? Jammer dat ik dat nou net nergens teruglees. Op de Zoeklichtdag van april jl. mocht ik spreken over het thema: 'Christen zijn in de laatste dagen.' Ik heb gesproken over de zeven gemeente van Openbaring 2 & 3 en heb geprobeerd te laten zien hoe hun situatie en context ook ons vandaag wat kan leren. Naast mijn verhaal, waren er nog twee andere lezingen die ingingen op het wereldgebeuren en het grote plan van God. Het was de eerste Zoeklichtdag sinds Corona en het was een feest om vele mensen te zien en te ontmoeten. Elke kans om het evangelie van Jezus te delen is een zegen en iets om dankbaar voor te zijn. Ook dit. Er waren 15 april ruim 1300 mensen in de Basiliek in Veenendaal. Was jij erbij en wil je nog keer deze lezing zien? Of heb je het gemist en ben je benieuwd? Kijk dan hier de opname. Wellicht lees je de titel van dit stuk en denk je onmiddellijk dat ik het bij het verkeerde eind heb. Immers gemeente zijn is toch Gods werk! Hij heeft het Lichaam ingesteld en Christus is ons hoofd. Hij werkt erin en erdoor. Hoezo is het dan mensenwerk?
Ik kan alleen maar zeggen: gelijk heb je! De Gemeente van Christus in deze wereld is het wonderlijke werk van God. Al 2000 jaar verkondigt zij de dood van de Heer en zijn opstanding en is zij een licht voor de wereld. Als dat niet Gods werk is, dan weet ik het ook niet meer. Maar... de gemeente is ook mensenwerk, want God kiest ervoor om zijn gemeente door mensen heen te bouwen. En dat is bijzonder en zegenrijk in zichzelf, maar ook best een uitdaging. Daar wil ik eerlijk over zijn. Onze kerken en gemeentes worden gerund, geleid en bemensd door mannen en vrouwen zoals jij en ik. Mensen die vol passie en inzet, gedreven door de Heer hun werk doen, maar die desalniettemin onvolmaakte mensen zijn en blijven. Daarom kan het voorkomen dat het soms fout gaat. Meestal, zo heb ik geleerd met de jaren, niet bewust. De meeste broeders en zusters in geloof willen het goede doen. Maar ja, het komt niet altijd zo uit de verf. Dan heb je een gesprek en dan zeg je net het verkeerde. Of je hebt een goed idee, maar je vergeet dat goed te communiceren. Of je maakt gezamenlijk een dienst en het komt dan toch niet uit de verf zoals je dat wel voor ogen had. Het mislukt. Uiteraard mag je het daar over hebben met elkaar. Elkaar aanspreken op zaken die niet goed gaan hoort bij een geestelijk volwassen leven, alleen zo kun je groeien, evenzo het toegeven dat iets mislukt is en indien nodig daar ook vergeving voor vragen (en krijgen!). Maar laten we niet te hard oordelen. Ik merk dat we daar soms helaas wel een handje van hebben. Dan gaat iets niet goed, of er is iets aan te merken en dan sabelen we elkaar neer met een hardheid waarvan de wereld zonder God nog staan te kijken. Kijk fout is fout, maar heel veel wat niet goed gaat is niet kwaadaardig. Het is gewoon het menselijk falen uit menselijke onvolkomenheden. Het zijn mislukkingen en bij mislukkingen en miskleunen is liefde voor elkaar en werken aan verbetering vruchtbaarder dan harde veroordeling. Dat zet meer zoden aan de dijk dan met gestrekt been erin gaan. Afgelopen zondag mocht ik preken in mijn eigen gemeente. Ik heb toen gesproken over het gevaar van dwalingen en misleidingen. Daarbij moest ik ook ingaan op moderne misleidingen en heb ik in de dienst ook man en paard genoemd. Dat heb ik niet gedaan omdat ik het nou zo fijn vond om te doen of omdat ik er blij van werd om anderen als dwaalleraren te bestempelen, maar omdat ik het gevoel had dat God me dit op het hart had gelegd om tot de gemeente te zeggen. Dat heb ik ook gedaan, maar als ik heel eerlijk ben, was dat niet leuk om te doen. Het was een zware preek om te houden.
Nu deel ik dit in dit blog, om daarmee te laten zien dat preken dus lang niet altijd makkelijk is. Het is misschien niet altijd makkelijk om te horen wat een prediker te zeggen heeft, maar het is ook lang niet altijd makkelijk om een preek te maken en te houden. Daar gaat soms veel strijd mee gepaard, ook voor prediker. Toch wil ik altijd in gehoorzaamheid gaan en dat heb ik ook zondag gedaan. Ik ben blij dat de Heer mij zondag daarbij heeft laten zien dat het tot zegen is geweest. Van verschillende kanten is mij ter ore gekomen dat mensen die de preek gehoord hebben, erdoor gevoed zijn. Verscheidene broeders en zusters hebben aangegeven dat deze boodschap hen veel gedaan heeft ten goede. Dat ze dit nodig hadden. Dat is dan bijzonder en voor mij een versterking en een bemoediging van hen en door hen heen van mijn Heer, dat ik in deze altijd naar de stem van God moet durven luisteren. Zijn wil is altijd de beste, niet altijd de makkelijkste. Het werk van voorganger is divers en rijk. Je bent bezig met besturen en leiding geven, luisteren, bemoedigen, cursussen geven, spreken, werkgroepen en commissies leiden, preken maken, diensten leiden en voorbereiden, mensen van Jezus vertellen, praktisch hulp bieden en ga zo maar door.
Maar er is nog een element van de bediening die misschien niet zo vaak benoemd wordt, maar wel van essentieel belang is. Ik heb het over het onderhouden van je geestelijk leven in je persoonlijke relatie met God. Dat is voor iedere christen uiteraard belangrijk, maar zeker voor voorgangers die de Gemeente van Christus dienen. Je kunt niet zonder. Ik besteed hier dan ook veel tijd aan. Zo bid ik dagelijks en gebruik daarbij een gebedslijst met namen en andere zaken (bijvoorbeeld allerlei activiteiten die gaande zijn) om voor te bidden. Dagelijks bid ik daarnaast voor mijn gemeente en voor mijn stad. Ik lees in de Bijbel en zing en speel muziek voor mijn Heer. Daar besteed ik zoveel tijd aan, omdat ik zonder niet kan. Sterker nog, als ik er eens een keer niet aan toe kom, ga ik heel anders door mijn dag en in mijn dagelijkse bezigheden als voorganger. Ik ben afhankelijk van mijn Heer om mijn werk te doen en mijn bediening in te vullen. Zo is mijn tijd met God, mijn geestelijk leven, een rijke zegen. Voor mezelf, maar ook voor mijn gemeente en voor de mensen die ik als dominee mag ontmoeten. En aangezien dit blog gaat over het werk en leven als voorganger, wilde ik daar ook eens aandacht aan geven. Nog een keer dan zit het er weer op, de serie van 10 Warme Winter Avonden. De avonden zijn het vervolg op de succesvolle zomervariant die we het afgelopen jaar tijdens de zomervakantie hebben gehouden. Ingewikkeld is het concept niet. We doen de kerk open voor iedereen die wil komen en we bieden gezelligheid, warmte, ontmoeting, sjoelen, knutselen, soep, warme chocolademelk, koekjes en snoep voor de kinderen, naast goede gesprekken.
Gedurende deze serie van Warme Winter Avonden hebben wij gaandeweg extra ruimte gemaakt voor het inhoudelijke gesprek over zingeving, leven en geloof aan de hand van Bijbelse woorden. De laatste avonden staat er altijd een zo een woord centraal om eens gericht met elkaar over door te praten. Dit keer was dat het woord 'vreugde', een van de vruchten van de Geest die we vinden beschreven in Galaten 5: 22, een van uitwerkingen van Gods liefde in ons. Tijdens de voorbereiding hadden we twee tafels klaargezet met acht stoelen voor dit gesprek, maar toen ik aankondigde dat we over vreugde zouden spreken voor degenen die dat wilden, bleek dat bijna iedereen erbij kwam zitten. Zo kwam het dat we met veel meer mensen in een gigantische kring om twee tafels zaten om het gesprek te voeren. Het gesprek ging over wat ons vreugde gaf, maar ook over hoe moeilijk het soms is om vreugde hebben. We spraken over de vreugde van en in geloof en over de best wel uitdagende Bijbeltekst uit Fil. 4: 4: 'Laat de Here uw vreugde blijven, ik zeg het nogmaals: wees altijd verheugd.' Wat mij opviel was dat het ondanks de grote van de groep, een heel intiem, veilig en open gesprek was. Er was ruimte om te delen en zelfs om een andere kijk te hebben. We spraken van mens tot mens hoe verschillende we ook waren: mensen van heel verschillende leeftijden, van verschillende kerken, met heel andere levens, de een nog maar net bekeerd, de ander al decennia met Christus onderweg. We herkenden in elkaar mensen ieder op hun eigen levensweg met vreugde en verdriet, net als wij. We luisterden en zagen de ander als medemens. En dat gaf mij grote vreugde. Ik mocht een stukje van de gemeenschap van Christus en de heiligen zien in dit kringgesprek over zoiets alledaags als vreugde. Ik mocht de kracht van de Gemeente herkennen en ik ben een blij en dankbaar mens dat ons dat gegeven werd. Juist in deze verdeelde en gepolariseerde tijden. Christus brengt mensen bij elkaar! Gisterenochtend zat ik samen met mijn lieve vrouw 'bij Jorieke' in de uitzending van Groot Nieuws Radio. Jorieke zelf was er niet, dus eigenlijk zaten we bij Thijs en Annemarie, maar een kniesoor die daarop let. We mochten spreken over mijn laatste boek 'Het monster van psychose - een eerlijk verhaal van lijden en hoop'. Het was een boeiende en bijzondere ochtend. We mochten opnieuw merken hoe ons boek mensen raakt, een indruk achterlaat en hen iets laat zien van wat ze niet wisten over dit ziektebeeld. Hoewel de foto anders doet vermoeden - het is niet mijn flatteuze kant, zeg maar - was het inspirerend en fijn. Heb je het gemist? Luister het interview hier terug. Het boek 'Het monster van psychose' is ondertussen overal te verkrijgen! Je kunt bijvoorbeeld terecht bij mijn eigen uitgever Triple Boeken. Daarnaast kun je een mailtje naar mij sturen met je adres en aangeven dat je een exemplaar wilt, dan stuur ik je er een gesigneerd toe! Een veel gebruikte en bekende tekst uit het Nieuwe Testament is de uitspraak van Jezus zelf over kaf en koren dat gescheiden wordt (Lukas 3: 17, Matteüs 3: 12).
Als ik om mij heen kijk naar de tijd en wereld waarin wij leven, zie ik dat steeds meer. Aan de ene kant worden de kinderen van God die echt naar Hem willen luisteren en Hem willen volgen krachtiger en gedrevener. Hun liefde voor de Heer en voor de verloren wereld lijkt toe te nemen. Ook de grenzen tussen de verschillende kerken worden onder kinderen van God in deze groep minder belangrijk. Ze vervagen, want we herkennen in elkaar Christus en de liefde van onze gezamenlijke God. Dat vind ik niet alleen zelf, maar dat hoor ik van broeders en zusters om mij heen meer en meer. Aan de andere kant zijn er tegenwoordig ook mensen die afhaken. Dat is al een tijd aan de gang, maar deze tendens zet zich steeds sneller door. Het gaat dan over mensen die het zo wel best vinden, mensen die gevangen raken in de verleidingen van de wereld, mensen die claimen dat ze zo ontzettend groeien in geloof en dicht bij God zijn, maar tegelijkertijd de Bijbel en wat God daarin vraagt aan hun laars lappen. Een onmogelijkheid in mijn ogen, want liefde voor God en Hem werkelijk willen volgen zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden: verlossing, redding en genade maken dat je ook wil doen wat God zegt. Dat kan niet anders. Wat erin zit door wedergeboorte, komt eruit, zeg maar. Dit is geen last en moeite, maar vreugd en passie. Wat dat betreft ben ik heel eenvoudig in mijn geloof: mensen kunnen van alles roepen, maar hun daden spreken luider dan hun woorden. De scheiding nu tussen deze groepen wordt groter en scherper in onze dagen. Het contrast tekent zich meer en meer af. Aan de ene kant de mensen die radicaal voor hun geloof willen staan in overgave aan God, de Bijbel en wat het evangelie vraagt en aan de andere de wereld die God niet kent en hen die hun vruchten als koren dreigen te verliezen en een eigen 'christendom' bedenken waar ze zich goed bij voelen en dichtbij de Heer. Ik zou heel graag willen dat het anders zou gaan, maar dat gaat op dit moment niet zo. Ik blijf dagelijks bidden voor het behoud van mensen voor de goede weg van God, maar het lijkt niet tegen te houden zijn. Mensen doen wat ze willen doen en de verleidingen zijn zo ontzettend krachtig in onze tijd. Misschien is het iets van het huidige tijdsgewricht en het oordeel dat God zo over de wereld laat komen te beginnen bij zijn huis? Misschien is het een uiting van wat Jezus zegt in dat de liefde zal verkillen? Misschien leven we in de tijd dat mensen zich leraren zullen verzamelen die spreken naar hun eigen harten, zoals Paulus waarschuwt? Ik kom daar niet uit en dat hoeft ook niet. Ik wil alleen aangeven dat ik het signaleer. En aangeven dat ik ervoor kies om me niet uit het veld te laten slaan, want kaf en koren betekent ook dat je kunt kiezen waar jij je op focust. Richt jij je blik op het negatieve en de afval, of ga je vooruit met je huisgenoten van God achter Hem aan om de wereld licht te geven? Als ik heel eerlijk ben moet ik voor mezelf toegeven dat ik in mijn leven als gelovige vaak teveel heb gekeken naar het negatieve, naar wat niet goed ging. Ik heb uit alle macht geprobeerd dat tegen te houden en dat te veranderen, ook als voorganger, om zo mensen geestelijk 'gezond' te maken en te houden. Maar meestal werkt dit niet. Mensen zijn 'hardkoppig' en doen wat ze zelf willen (ook een kenmerk van onze tijd). Zelfs de dominee houdt dat niet tegen. Nee, moedig en positief voorwaarts gaan, is een veel vruchtbaardere weg. Licht verspreiden klaart de lucht van duisternis, klaar het hart van een zwaar gemoed. En dat trekt mensen, dat spreekt, dat staat. Misschien ook wel naar de mensen die dreigen in te zakken, die als kaf verwaaien of dreigen te verwaaien onder het koren. God kan het, ik geloof dat! Moedig voorwaarts, broeders en zusters! |
Roelof HamTheoloog, voorganger en auteur. Archieven
Juni 2023
|